Beter vertalen dan het mensje in mijn computer

In de vertaalwereld wordt er met argusogen en met een flinke dosis scepsis gekeken naar de ontwikkelingen die AI op dit moment doormaakt. Logisch ook, want als de kwaliteit van de teksten die een machine kan opleveren op den duur goed genoeg is, kunnen wij als vertalers wel inpakken. Toch ben ik ook wel blij met de kwaliteit die het mensje in mijn computer nu al kan leveren, vooral in drukke weken. Mixed feelings, zullen we maar zeggen. Hoe moet ik mij verhouden tot deze ontwikkelingen?

Scepsis over de kwaliteit van teksten waar Chatbots mee kunnen komen is niet voorbehouden aan vertalers en tekstschrijvers. Ik moest een klein beetje gniffelen toen Caroline van der Plas kritiek uitte op de troonrede door te zeggen dat “het wel leek alsof hij door ChatGPT geschreven was.” Als ik dan vervolgens hoor dat er ook politieke partijen zijn die dezelfde bot gebruiken voor inspiratie voor hun verkiezingsprogramma’s dan is dat waarschijnlijk tekenend voor onze ambigue houding ten opzichte van technologie als gesprekspartner.

De voordelen ervan zijn dan ook duidelijk: soms hebben we zelf ideeën over een complex onderwerp en kunnen we het moeilijk onder woorden brengen. Hoe handig is het dan als iemand dat voor ons kan doen en dan ook nog sneller dan wij een kopje koffie kunnen zetten. Ook in mijn werk als vertaler raadpleeg ik ‘het mensje in mijn computer’ graag. Deze partner helpt me om mijn werk veel sneller te kunnen doen. What’s not to like?

Nou, bijvoorbeeld dat ik niet weet waar de teksten van de machinevertaling precies vandaan komt noch of die correct zijn. Voor sommige teksten is het ook echt belangrijk dat die natuurlijk aanvoelen. In dat soort teksten ben ik altijd heel voorzichtig met machinevertalingen en ben ik vaak blij dat ik zelf toch met een betere tekst op de proppen kan komen.

In de dagelijkse praktijk vertaal ik veel formele, zakelijke teksten. In veel van die teksten is het vooral belangrijk dat de lezer snapt wat er staat en dat de termen kloppen. Echt mooi hoeven veel van deze teksten niet te zijn. Niemand leest immers een huurcontract voor de fraaie beeldspraak. In deze context volstaat een machinevertaling misschien wel, mits de terminologie klopt.

Misschien gooi ik nu een knuppel in het vertalershoenderhok, maar ik heb ik die context besloten om de machinevertalingen te omarmen. Daarmee kan ik sneller werken en verandert mijn rol meer naar die van corrector dan die van producent. Dit betekent dat ik meer woorden kan verwerken in kortere tijd. Zo probeer ik mee te bewegen met de tijd.

Wat de gevolgen hiervan zijn op lange termijn op mijn werk als vertaler? Daar heb ik nog steeds geen idee van. Er wordt gelukkig een hoop tekst geproduceerd. Ik blijf hopen (en geloven) dat er voldoende tekst overblijft waarvan het belangrijk is dat die door een mens is bekeken of geschreven. Ook blijf ik de (misschien ijdele) hoop houden dat het voorlopig nog wel even als een zwaktebod wordt gezien als je naar de bots teruggrijpt voor een tekst waarvan je doet alsof die een menselijke visie of mening verwoordt.

NB: Bij het schrijven van deze tekst zijn geen bots betrokken.

Vorige
Vorige

First day at the office

Volgende
Volgende

Ik heb gespijbeld